Neem een soeppot met dikke bodem en smelt hierin een goeie klont boter.
Pel de ajuinen en snijd de ajuinen in grove stukken (want de soep wordt later gepureerd) en laat aanstoven in de boter. Roer zo nu en dan om en laat de uien ietwat karameliseren.
Schil de wortelen en snijd ze in stukjes.
Als de uien al lichtjes gebakken zijn, voeg je de wortelen toe en laat met 2 extra klontjes boter mee aanstoven.
Voeg het kruidentuiltje toe.
Als de wortelen een paar minuten mee gestoofd hebben, voeg je ongeveer 3 liter bouillon zodat de groenten mooi onderstaan.
Zet een deksel op de pot, breng aan de kook en laat drie kwartier pruttelen.
Meng ondertussen 125 gram ricotta kaas met zelf geraspte Parmezaan. Meng met een soeplepel goed door elkaar. Voeg een geheel eitje toe (zonder de schaal natuurlijk...) en klop met een garde in de kaas.
Roer er een klein beetje bloem bij met de garde.
Voeg er dan een beetje verse tuinkruiden aan toe: enkele pijpjes bieslook, enkele takjes dragon, wat verse peterselieblaadjes en een plukje kervel. Snijd de tuinkruiden fijn en doe bij de kaas.
Goed kruiden met peper en zout en nootmuskaat en meng met de kaas. Zet het mengsel in de ijskast om minstens een half uur te laten opstijven.
Als de soepgroenten gaar gekookt zijn, verwijder je het kruidenbuiltje. Pureer dan het geheel tot goeie, dikke wortelsoep.
Kruid af met wat peper, goed wat zout en een eetlepel mosterd. (Voeg indien gewenst nu kokosmelk toe).
Mix alles nog eens goed door elkaar.
Maak kaasballetjes met 2 koffielepeltjes, schep de kaas uit de kom in een lepel en schep dan de kaas een enkele malen van de ene lepel in de andere (totdat je een stevig, ovaal kaas-rugby-balletje krijgt). Drop ze gewoon in de soep. Laat de balletjes een paar minuten meekoken tot ze mooi stevig zijn.
Serveer de kaasballetjes in de wortelsoep, met wat extra geraspte Parmezaan en wat kervelblaadjes.